Verdeel eerst de 30 tuinpalen. De eerste zes gaan in de grond. Op de zes staanders plaats je de 4 dwarsbalken. Je hebt twee balken per kant nodig. Daarna plaats je de dwarsliggers er overheen. Dat zijn er in totaal zeventien. De overige drie balken gebruik je voor de schuine schorren. De schoor zorgt voor extra stabiliteit in de constructie. Dit leggen we later in het stappenplan uit.
De zaaglijst ziet er dan als volgt uit:
6 staanders 300 cm
4 dwarsbalken 250 cm
17 dwarsbalken 300 cm (45° weerskanten)
8 schoren 70 (45° weerskanten)
4 schoren 76,8 (45° weerskanten)
Om te voorkomen dat de staanders gaan rotten, kun je ze behandelen Rubber Seal. Deze gaan 60 cm de grond in, dus die zetten we 60 cm in de Rubber Seal. Zorg ervoor dat de Rubber Seal goed droog is voordat de staanders de grond in gaan. Raadpleeg de droogtijd de gebruiksaanwijzing op de verpakking.
In de tijd dat de Rubber Seal aan het drogen is kun je gaan voorzagen. Begin met de dwarsbalken. De dwarsbalken moeten de helft van de breedte van de pergola lang worden. De pergola is vijf meter breed, dus de dwarsbalken worden 2,5 meter per balk. Zaag vervolgens de zeventien dwarsliggers aan weerskant in een hoek van 45 graden.
Van de laatste drie balken zaag je twaalf schoren. Zo komen er bij elke staander twee schoren voor extra stevigheid. Deze komen onder de dwarsbalken en onder de dwarsliggers te liggen. Er zijn twee lengtes schuine schoren. Zaag acht schoren van 70 cm met aan weerskanten een hoek van 45 graden. Zaag ook vervolgens 4 schoren van 76,8 cm lang.